2019/10/17 - Brief aan 2e kamer over bevorderen circulair bouwen

Op 8 oktober heeft minister Ollongren een brief aan de kamer gestuurd met daarin de maatregelen die het ministerie wil nemen om de bouwsector circulair te maken. Een van die maatregelen is het uitbreiden van de de MPG (Milieu Prestaties Gebouwen) met meetmethoden voor circulaire prestaties.
Circulariteit is een van de hoofddoelstellingen van De Bouwagenda. Bouwagenda Taskforce lid Elphi Nelissen is bovendien trekker van de transitieagenda circulaire bouweconomie. Maar wat houdt circulariteit nou precies in? En waar staan we in de opgave om Nederland circulair te krijgen?

 

Eerst een stukje historie. In juni 2016 heeft de SER een advies gedaan aan de kamer: Maak snelheid met circulariteit. Dat is hard nodig want als we alle trends op ons laten inwerken dan kan er maar een conclusie zijn: Wij plegen roofbouw op onze planeet en brengen daarmee de welvaart van onze kinderen en kleinkinderen in gevaar. Circulariteit gaat uit van hergebruik waardoor je geen natuurlijke hulpbronnen hoeft aan te spreken en ook de leefomgeving niet vervuilt (link naar advies). Naar aanleiding van dit advies is er een Rijksbreed programma 2050 gestart en is er een grondstoffen akkoord gesloten. Dit akkoord heeft geleid tot een vijftal transitieagenda’s, waaronder bouw. Met als vervolg een uitvoeringsprogramma.

 

Als we naar dat programma Circulaire Bouweconomie kijken is er een duidelijke samenhang met De Bouwagenda. “Het gaat bij circulariteit om het thema bouw en bij De Bouwagenda moet de sector circulair worden. Onze beleidslijnen liggen tegen elkaar. Daarom hebben we besloten samen op te trekken in het proces Circulariteit de norm te maken in de bouwsector.” Aldus Hans Scherpenzeel, secretaris van de Transitieagenda Circulaire Bouweconomie.
Maar waarom is circulariteit dan belangrijk in gebouwen en de gebouwde omgeving? De cijfers geven het antwoord:

  • 50% van het grondstoffen gebruik is in bouw,
  • 40% van het energieverbruik bouw en gebruik van die gebouwen.
  • 30% van het waterverbruik
  • 35% van de CO2-uitstoot

De bouw van een gebouw heeft invloed op het energieverbruik van de toekomst. Daarom is dat cijfer in de huidige situatie zo hoog. Hoe draagt circulariteit dan bij aan de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Daarvoor moeten we kijken naar de definitie van circulariteit: De circulaire bouweconomie betekent bouwen, gebruiken en hergebruiken van gebouwen en infrastructuur zonder natuurlijke hulpbronnen onnodig uit te putten, de leefomgeving te vervuilen en ecosystemen aan te tasten op een wijze die economisch verantwoord is en draagt bij aan welzijn van mens en dier. Hier en daar, nu en later.
Wanneer je materialen hergebruikt scheelt dat uiteraard CO2-uitstoot voor de productie en vervoer van nieuwe materialen. Naast het hergebruik van bouwmaterialen pleit Hans Scherpenzeel er ook voor om de Nederlandse bouwtradities te heroverwegen. “Wij bouwen met klei en beton omdat dat van oudsher voorradig is. Maar bouwen met zulke zware materialen zorgen ook voor onnodige vervuiling.” De verwerking van beton en asfalt dragen namelijk voor het grootste deel bij aan de CO2-uitstoot in de sector. Als we anders met die materialen omgaan of ze vervangen voor bijvoorbeeld biobased materialen zijn daar quick wins te behalen.

 

Maar hoe komen we dan bij een circulaire bouweconomie in 2050?
Daarvoor hebben we een aantal voorwaarden nodig:

  • Vraag en aanbod moeten in de markt ontwikkeld worden.
  • We moeten circulariteit meetbaar maken zodat we kunnen aantonen wat de winsten zijn van het circulair bouwen.
  • We hebben wet- en regelgeving nodig die niet knelt maar wel stimuleert.
  • En we moeten kennis en bewustwording creëren in de maatschappij.

Wat heel belangrijk is om met circulariteit een stap verder te komen: Het bundelen van de vraag. Ook hier geldt echte innovatie komt bij circulariteit pas als je grote hoeveelheden gebouwen gaat aanbesteden en circulariteit meeneemt in de bouw.

bron: www.debouwagenda.com